Duurzaam verbouwen: tips en alternatieven voor een milieuvriendelijke renovatie
Ben je van plan om te (ver)bouwen? En wil je dat zo duurzaam mogelijk aanpakken? Slim, maar niet altijd even simpel. Je hebt tegenwoordig keuze uit 101 materialen en grote bedrijven proberen je steeds vaker in de val te lokken met hun ‘zogezegde ecologische campagnes’. Wij besloten om onze Sustainable Family Studio in een nieuw jasje te steken. Benieuwd hoe wij dit voor elkaar hebben gekregen? Je ontdekt het in dit blogartikel!
Of je woonst nu toe is aan een totale makeover of een nieuw likje verf: duurzaamheid in je achterhoofd houden is altijd een goed idee in tijden als deze. “Hoe weet ik welke materialen ecologisch verantwoord zijn?” en “Is dat niet mega mega duur?”. Dat zijn vragen die we onszelf ook afvroegen, toen we onze Sustainable Family Studio wilden renoveren. Uiteindelijk kwamen we uit bij duurzame alternatieven voor verf, vloer, gordijnen, meubels en plafond. Hieronder kom je te weten welke wij gebruikten in onze Studio.
Verf
Tegenwoordig zetten meer en meer bedrijven in op duurzaamheid en ecologie, ook verfmerken doen mee met deze trend. Dat is uiteraard een goede zaak, als ze ook menen wat ze zeggen, natuurlijk. Want tegenwoordig is alles ‘groen en duurzaam’, maar is dat ook écht zo?
Synthetische verf
Vroeger werd er voornamelijk geschilderd met synthetische verven. Je kent ze wel: verfpotten met een straffe geur waar je je na een dag schilderen een beetje zweverig door voelt. En om de gebruikte verfborstels weer schoon te krijgen heb je liters white spirit nodig. Gezond klinkt dat niet, en al die schadelijke chemicaliën doen ook niet veel goeds aan het milieu.
Verf op waterbasis
Dan maar gaan voor die tegenwoordig-erg-populaire verf op waterbasis? Daarmee heb je minder last van geurhinder en je schildermateriaal was je gewoon uit met een emmer water. Klinkt al een pak milieuvriendelijker, toch?
Goh, niet echt. Verf op waterbasis leek in het begin veel beter dan de synthetische variant, omdat er minder ‘chemische brol’ aan te pas komt, maar dat ‘water’ is natuurlijk maar een klein onderdeel van die verfpot. In waterdragende verf zitten namelijk nog andere ingrediënten die het ineens een pak minder ecofriendly maken.
Laten we het in een simpel voorbeeldje gieten. Stel dat je thuis twee soepen klaarmaakt. In de ene kookpot gooi je natuurlijke producten zoals pompoen, uit, aardappel,… En als hoofdbestanddeel: water. In de andere doe je krak hetzelfde, maar voeg je verder nog kleurstof, geurstof en bindmiddel toe. Je hebt waarschijnlijk al door dat die tweede pot soep al meteen een pak minder natuurlijk is dan die eerste. Het wordt door de toevoegingen al meteen een ‘synthetische pompoensoep’ en geen ‘natuurlijke pompoensoep’.
Zo is dat ook bij verf op waterbasis. Er mag dan wel water in de pot verwerkt zitten, dat is dan ook het enige natuurlijke bestanddeel dat hier aan te pas komt. Je moet steeds gaan kijken naar wat de ingrediënten verder zijn. Wat is er verder toegevoegd aan die pot verf? Dan zal je al snel zien dat dat synthetische stoffen zijn. Wanneer je de verf aanbrengt, zal het water ook snel verdampen. Wat blijft er dus over op de wand? Schadelijke en synthetische stoffen.
Dat zijn vaak dingen als bewaarmiddelen en bicol-ether. Dat tweede is een synthetische alcohol, een co-oplosmiddel, dat verdampt aan een hele hoge temperatuur. Zo hoog dat fabrikanten deze zelfs niet op hun ingrediëntenlijst moeten zetten. Maar het is wel een giftige stof. Watergedragen verven zijn dus niet zo onschuldig als ze lijken. Ze zijn schadelijk voor de gezondheid en voor het milieu.
Volgens Frédéric Dekeuleneer, van werkende bij verfproducent Galtane, kunnen we eigenlijk niet spreken over ‘verf op waterbasis’, volgens hem is dat iets wat niet bestaat. “We moeten spreken over of natuurverf, of synthetische verf”, vertelt hij.
Acrylverf
“En acrylverf, kunnen jullie daar iets meer over vertellen?” Jep, ook dat is een verf die alles behalve goed scoort. Acrylverf is een verf op waterbasis, maar letterlijk genomen is het eigenlijk gewoon water met vloeibaar plastic in. Zoals je waarschijnlijk zelf al wel kan uitmaken; niet de meest ecologische optie.
Gelukkig stopt het niet bij deze drie opties. Er bestaan nog tal van andere alternatieven waar mensen vaak niet meteen aan denken, maar die een pak ecologischer zijn.
Leemverf
Voor deze variant kozen we zelf in onze Sustainable Family Studio. Verf, gemaakt van leem, is namelijk een goede optie om het tijdens je verbouwingen zo ecologisch mogelijk te houden.
Leem is kort samengevat: klei uit de grond. De klei wordt gedroogd, verpulverd en er worden nog andere natuurlijke pigmenten zoals marmerpoeder aan toegevoegd voor de kleur. Een best natuurlijk proces dus. Ook als je huis ooit zou worden afgebroken heeft leemverf geen extra impact, want het zal geen schadelijke stoffen afgeven aan de natuur. De restjes kan je zelfs op je composthoop gooien!
Het is dus, in de meeste gevallen, een 100% natuurlijke verf. Al moet je hier ook wel weer opletten en de ingrediëntenlijst altijd even onder de loep nemen. Er zijn fabrikanten die leemverf verkopen onder het mom ‘ecologisch’, maar waar je op de verpakking woorden zal terugvinden als ‘reststof azijn, lijm, zuur,…’ Daar gaat het ecologische aspect al meteen. Als een leemverf gebruiksklaar is, is de kans eigenlijk al groot dat deze niet 100% natuurlijk is.
Wij gingen daarom voor een verf in papieren verpakking, waar we zelf water aan moesten toevoegen. Op die manier moet er ook geen onnodig water worden getransporteerd.
Je kan met leemverf egaal schilderen, maar het leuke is dat je met een verf als deze net creatief kan zijn. Wij kozen bijvoorbeeld voor een ‘licht veegeffect’. Een witte onderlaag en je gewenste kleur erbovenop, geeft een erg mooi en subtiel effect. Met 2 lagen verf heb je dus vaak al genoeg. Met een dikke kwast en een instructievideo ‘wolk patroon verven’ kan je perfect zelf aan de slag.
“Kan je met leemverf ook voor een niet-natuurlijke kleur gaan? Okergeel bijvoorbeeld?” Dat kan! Houd er dan wel rekening mee dat hier wél synthetische stoffen aan worden toegevoegd.
Frédéric legt het even uit: “Als de klant een okerkleur wil, dan kan dat. Al proberen we van in het begin wel duidelijk te maken dat dat niet de meest ecologische optie is. Om zo’n kleur te maken, gebruiken we zestien pigmentenpasta’s. Tien hiervan zijn op basis van oxiden, dat wil zeggen: mineralen en natuurlijke stoffen. Een zestal hiervan zijn op basis van synthetische stoffen. Deze zijn niet gevaarlijk en bevatten geen zware metalen, maar het zijn wel synthetische en dus niet-natuurlijke stoffen. Zoals ik al zei, proberen we deze manier van werken te vermijden en proberen we zoveel mogelijk voor natuurlijke kleuren te gaan. 90% van onze recepten zijn gemaakt met mineralen pigmenten en zijn dus 100% natuurlijk.”
Een nadeel vinden veel mensen dat leemverf niet-afwasbaar is. Maar doen marketingtechnieken jou vaak niet geloven dat je alle muren in heel je huis wil kunnen afwassen met water, zeepsop en een spons? Terwijl dit niet noodzakelijk is? Door de structuur van leemverf zie je vuile vingers trouwens al een pak minder snel.
Kalkverf
Naast leemverven heb je ook kalkverven. Deze worden, zoals de naam al verklapt, gemaakt met kalk. Kalk komt van een gesteente en door de ontginning hiervan heeft het een iets grotere impact dan de leemverf van hierboven.
Maar, het is nog steeds een veel betere optie dan synthetische verf. Kalk zorgt niet voor chemische schade en is daarnaast ook CO2 neutraal. Dit komt omdat kalk tijdens het drogingsproces CO2 uit de lucht haalt en weer stockeert. Kalk kan er ook voor zorgen dat je minder vochtproblemen hebt. Als je de verf rechtstreeks op de pleisterlaag aanbrengt, zullen je muren kunnen blijven ademen, net zoals bij leemverf..
Wij kozen voor: Leemverf van Galtane.
Vloer
Ben je all the way aan het (ver)bouwen en is er meer nodig dan enkel een likje verf? Nieuwe vloerbekleding bijvoorbeeld? Wij zochten voor onze Sustainable Family Studio ook naar een duurzaam alternatief hiervoor. Uiteindelijk gingen we voor een linoleumvloer!
Linoneumvloer
Onze Sustainable Family Studio ontvingen we met bestaande chape op de grond, we gingen dus hierop verder werken. We hadden slechts een kleine 2-tal centimeter hoogte, wat maakte dat de keuze al gelimiteerder werd. Maar los daarvan kozen we voor een van de meest duurzame vloerbekledingen. Of je nu veel of weinig plaats hebt: met een linoleumvloer doe je nooit iets verkeerd.
Linoleum ziet er een beetje hetzelfde uit als een gietvloer, alleen komen er bij zo’n ‘echte’ gietvloer veel schadelijke synthetische materialen aan te pas. Bij een linoleumvloer is daar niets van aan. Linoleum wordt gemaakt van de vlasplant, of specifieker: van lijnzaadolie afkomstig van deze plant. Om de vloer bij elkaar te houden wordt er een ondermat, gemaakt van jutte gebruikt. En geen paniek als je vloer in het begin een ietwat gele schijn heeft, dit is door die olie, maar verdwijnt al snel.
Naast dat er geen synthetische materialen voor worden gebruikt, is linoleum ook een circulair product. De fabrikant kan van jouw oude vloer terug nieuwe vloer voor iemand anders maken. Alleen ligt dit in de praktijk vaak nog wat moeilijker Zo wilden wij de overschot van onze vloer terug naar de fabrikant sturen, maar dat stond blijkbaar nog niet helemaal op punt en ging niet. Een beetje opbouwende kritiek langs onze kant dus, want dat zou het 100% top maken natuurlijk! En snel zal je zo’n vloer ook niet stuk krijgen, het gaat superlang mee, dus in die zin ook helemaal duurzaam.
De grootste producent van linoleum is Forbo. Zij noemen dit ook ‘marmoleum’. Ze gebruiken naast lijnzaadolie uit de vlasplant, ook houtmeel (afvalproduct van de gecertificeerde bosbouw) en kalksteen die in overvloed beschikbaar is. Natuurlijke pigmenten en ijzeroxide geven de vloer hun kleur. Naast Forbo’s fabriek vind je een cacaofabriek en al snel zagen de twee een perfecte samenwerking. De restjes cacaoschilfers worden namelijk gebruikt om een spikkel in de vloerbekleding te creëren. Ziet er superleuk uit en is 100% zero waste. Uiteraard heb je ook andere varianten met effen kleur of met beton- of natuursteenlook.
Linoneumvloer is ook nog eens makkelijk in onderhoud en een van de meer budgetvriendelijke opties, geen onbelangrijke factor tijdens het (ver)bouwen. Als je zowel de prijs, slijtvastheid en ecologische impact bekijkt is dit misschien wel de absolute winnaar.
Als we dan toch met één nadeel moeten noemen: deze vloer komt aan in banden van zo’n 2 meter. Een naadloze vloer zal je hiermee dus niet kunnen leggen. Dat is vaak iets wat mensen tegenhoudt, maar die naden zijn dezelfde kleur en eens dat er ligt merk je het niet meer op.
Thiry Paints hielp ons met de juiste vloer kiezen. We lieten hem leggen door een echte vakman.
Meubels
Als alle grote puntjes op de i staan, is het tijd voor het leukste deel: de inrichting! We zijn ons steeds meer bewust van de impact van onze kledij, voeding,… Maar ook meubels vallen niet te onderschatten.
Moet je van nul beginnen met de inrichting van je huis, appartement of wat het ook mag zijn? Koop dan zeker niet alles nieuw. Dat is niet alleen belachelijk duur, het is ook niet ecologisch verantwoord. Meubels kan je gemakkelijk tweedehands scoren. En tegenwoordig niet alleen in kringloopwinkels. Vandaag de dag bestaan er 101 hippe Instagram-profielen die opgeknapte meubels verkopen of kan je zelfs een kijkje nemen op Facebook Marketplace.
Ook in onze Sustainable Family Studio zijn we voor de meubels all the way proberen gaan op vlak van duurzaamheid.
Bij Woontheater in de Kloosterstraat (Antwerpen) vonden we een oud bakkersrek. Ideaal om al het yogamateriaal in te stockeren.
In Nederland vonden we dan weer een bedrijf, gespecialiseerd in oude Franse tafels. ‘Kies een tafel uit en beslis in hoeverre je deze wil laten restaureren’, is zowat hun concept kort samengevat. Je kan de oude ‘patine’, putten en spleten behouden, maar je kan er ook voor kiezen om hem tot in de puntjes te laten opknappen. Naast een mooie houten tafel, vonden we er ook nog enkele krukjes.
In onze Studio willen we dat alles snel opzij geschoven kan worden, we kozen dus voor handige klapstoelen. Een goede reputatie hebben die niet, want zo’n plastic varianten gaan vaak snel stuk. Daarom kozen we ook tweedehands voor kwaliteit en gingen we voor een stevige metalen versie. We haalden deze bij The Good Stuff Factory.
Omdat we in onze Studio ook opnames voor cursussen doen, hadden we een showkeuken nodig. Net wanneer we dachten dat dit de moeilijkste opgave ging worden, kwam Intter achter onze hoek piepen. Zij maken van oude materialen, nieuwe meubelen. Tot een hele nieuwe keuken, dus! Wij kozen specifiek voor een modernere look met gerecupereerde metalen balken en hout van oude steigers.
Gordijnen
Om onze Studio helemaal af te maken, hadden we nog nood aan gordijnen. Iedereen die in z’n leven al eens voor kwaliteitsvolle gordijnen koos, weet hoe een bijna-onbegonnen-werkje dat is. Gelukkig vallen er al heel wat mogelijkheden weg, als we de duurzaamheidsfactor erbij nemen.
Linnen gordijnen
Linnen bleek uiteindelijk de beste keuze te zijn. Het wordt gemaakt van de vlasplant. Dat is diezelfde plant die werd gebruikt voor de linoleumvloer, remember? Het is één van de weinige planten die in Europa geteeld kan worden. En net daarom wordt het hier heel veel geteeld, zelfs in België. De vlasplant groeit letterlijk sneller dan onkruid, dus er zijn ook geen extra bestrijdingsmiddelen nodig. Ook krijgt ‘ie met ons klimaat voldoende water.
En niet alleen de plant heeft weinig nodig. Ook ‘van plant tot stof’ is een proces waar weinig tot geen chemicaliën aan de pas komen. Om al deze redenen heeft linnen dus een lage milieu- en klimaat impact.
Puur praktisch willen we je nog even meenemen dat linnen een beetje kan krimpen, wanneer je het wast. Houd hier dus op voorhand rekening mee. Voor de rest kan je linnen krijgen in eender welke dikte en kleur, op rol. En voor wie, net zoals ons, het duurzaamst van ’t duurzaamst in huis wil hebben: kies voor de niet-gekleurde kleur van linnen gordijnen, dat is dus die kenmerkende beige vlaskleur. Het spreekt voor zich dat voor pikzwarte of spierwitte gordijnen bleekmiddelen als chloor, of andere chemicaliën zijn moeten gebruikt worden. Dat maakt dat deze niet-natuurlijke-kleuren meteen een hogere impact hebben.
Wist je trouwens dat wij Belgen een echte linnen-geschiedenis hebben? Een merk dat in België bijvoorbeeld nog erg actief is op de dag van vandaag, is Libeco. Het is de grootste linnenweverij van België en behoort tot één van de grootste van Europa. Al sinds 1858 zijn ze gepassioneerd door linnen en werken ze samen met Belgische plantages.
Plafond
Tot slot kozen we er uiteindelijk voor om ons plafond niet te verven, maar er papiervlokken tegenaan te spuiten. “Say what?”, denk je nu? We leggen het even uit.
Deze techniek heet cellulose isolatie, ook wel papiervlokkenisolatie genoemd. Het is een relatief goedkope manier van isoleren en het is daarnaast erg milieuvriendelijk. De vlokken die ze tegen je plafond spuiten, zijn gemaakt van gerecycleerd krantenpapier (grijze kleur) of karton dat van de afvalberg werd gered (bruine kleur). Daarnaast is ook dit een circulair product.
Wij kozen specifiek voor deze plafondbekleding, omdat het zorgt voor een betere akoestiek in onze Studio.
Asona zorgde in ons geval voor het plafond. We kozen voor een witte kleur.
Kies voor een kleine zelfstandige
En dan nog een algemene tip om af te sluiten: steun de lokale ondernemer. Grote en bekende merken kunnen vandaag de dag niet anders dan meesurfen op die duurzaamheidsboot, maar vaak is daar niet veel van aan.
Kies liever voor kleine merken. In veel gevallen zal je zien dat degene die daar aan het hoofd staat, startte vanuit een passie voor duurzaamheid, niet omdat die er geld mee kan verdienen. Zo kozen wij bijvoorbeeld voor Galtane en Intter. In de reel hieronder legt Nikolas (oprichter Sustainable Family) uit waarom lokale ondernemers steunen, zo belangrijk is.
Reacties